1920a. Langste haren van het tongetje 1,8-3 mm lang. Helmknoppen (5-)-10(-13) mm lang. Aartjes (15-)17-21(-26) mm lang. Bloeiwijze met (2-) 4-8(-12) aarvormige deelbloeiwijzen, tot 25 cm lang. Plant met lange kruipende wortelstokken en stijve rechtopstaande stengels. Bladen 4-15 mm breed, stijf, grijsgroen, in een harde fijne punt eindigend. Engels slijkgras. | ||
1920b. Langste haren van het tongetje 0,2-0,6 mm lang. Helmknoppen 4-6 mm lang. Aartjes 11-15 mm lang. Bloeiwijze met (1-)2-5 aarvormige deelbloeiwijze( n), tot 18 cm lang. Plant met kortere wortelstokken, met 1-5 kortere deelbloeiwijzen. Bladen 2-6 mm breed, stijf, grijsgroen, in een harde fijne punt eindigend. Klein slijkgras. | ||
1a. Kruiden óf planten met alleen onderaan houtige takken óf minder dan 50 cm hoge struiken (halfstruiken). --> 2
2a. Land- of waterplanten, in het laatste geval in de bodem wortelend en met boven het water uitstekende bladen of bebladerde stengels. --> 3
3a. Planten met bloemen met stampers en/of meeldraden. Voortplanting door middel van zaden. --> 4
4a. Stengel en/of bladen met bladgroen. --> 5
5b. Grassen of planten met een gras- of biesachtig uiterlijk. (Alle bladen zeer veel langer dan breed, vlak of ingerold of buisvormig; bloemen klein en onopvallend, onregelmatig, of indien regelmatig, dan bleek of bruin- of groenachtig). Zie Figuur. --> 1692
1692a. Bladschijf plat of iets vlezig, op doorsnede vlak, gevouwen of ingerold (of alleen aan de top massief en 3-kantig). --> 1693
1693a. Bloeiwijze niet uit 2 of meer boven elkaar geplaatste, bol- of sigaarvormige aren bestaand. --> 1694
1694a. Bloeiwijze geen zijdelings uit een blad tredende kolf. Plant bij kneuzing niet sterk ruikend. --> 1695
1695b. Bloemen door 1-4 schubvormige blaadjes (kafjes) bedekt, zonder bloemdekbladen (zie Fig. a,c), of deze veranderd tot haren of borstelharen (Fig. d), of tot een ‘urntje’ om de bloem heen vergroeid (Fig. b). --> 1728
1728a. Bladen afwisselend in 2 rijen geplaatst. Stengel rond of afgeplat, hol (behalve op de knopen; stengel gevuld bij Sorghum - Sorgo en Zea mays - Maïs). Familie Poaceae - Grassenfamilie --> 1729
1729a. Sleutel voor bloeiende grassen. Bamboe en Maïs zijn niet in deze sleutel opgenomen. Zie opmerkingen Pagina 1730. --> 1730
1730b. Tongetje bestaand uit een rij haren (indien de haren aan de voet onderling vergroeid zijn, dan zijn de vergroeiingsnaden met de loep zichtbaar) of ontbrekend. --> 1899
1899b. Bloeiwijze uit 2 of meer aarvormige takken bestaand, verder onvertakt; de takken vele aartjes dragend (zie Figuur a en b). --> 1917
1917a. Tongetje aanwezig (soms zeer kort!). --> 1918
1918a. Aartjes 1-(zeer zelden 2-)bloemig. Plant met lange, stevige wortelstokken. --> 1919
1919b. Aartjes 11-21 mm lang. Blad op grens van schijf en schede zonder haren. Bladschede met regelmatige dwarsnerven. --> 1920